Imer uit Sint-Niklaas sloeg op zijn twintigste op de vlucht voor het geweld in Kosovo en belandde na omwegen in ons land. De oorlog liet diepe sporen na, maar vandaag is hij een enthousiaste verbinder tussen mensen en gemeenschappen. En zodoende een lichtend voorbeeld voor zijn kinderen en kleinkinderen.

Imer uit Kosovo

We ontmoeten Imer (46) in een Romabuurtcentrum in Sint-Niklaas, een plek die hij samen met andere mensen uit zijn gemeenschap uit de grond heeft gestampt. In de eerste plaats om de jongeren een plek te geven, maar iedereen is er welkom. Het zegt meteen iets over Imer, die in binnen- én buitenland zeer gerespecteerd wordt. Imer is een verbinder. Dat blijkt uit alles wat hij zegt en doet.

Ik was kapot van verdriet. Het is de eerste keer dat ik hierover spreek. Een stuk van mij stierf ook op die dag.

Maar eerst even wat context. Dat is nodig, want Imer heeft een heftige geschiedenis in zijn rugzak zitten. Herinner je de oorlog in Kosovo. We schrijven 1998–1999 en op de valreep van een nieuw millennium belandt de Federale Republiek Joegoslavië in een bloedig conflict, meer bepaald in de provincie Kosovo. Kinderen van de rekening zijn onder meer de Roma. Meer dan vijfhonderd Roma lieten het leven in het conflict. Ruim 90.000 werden verdreven uit Kosovo. Onder hen ook Imer en zijn familie.

Tussen wal en schip

‘Toen ik twaalf, dertien jaar oud was, droomde ik ervan leerkracht te worden’, vertelt Imer. ‘Nadien wilde ik bij de politie gaan en agent worden. Vluchten uit mijn land, dát maakte geen deel uit van mijn droom. Voor altijd vertrekken en mijn leven elders leiden? Ik kon het me niet voorstellen. Ik had wel eens gehoord van Brussel, het hart van Europa, maar ik wist niet dat Brussel in België ligt.’

Imer uit Sint-NiklaasVan Imers dromen kwam niet veel terecht. De oorlog in Kosovo zette zijn leven én dat van al zijn geliefden op z’n kop. ‘We moesten het land verlaten. We zaten tussen wal en schip, zoals jullie dat zo mooi zeggen.

Samen met mijn vrouw en twee kinderen sloeg ik op de vlucht. Ikzelf was amper twintig en ik nam naast mijn eigen gezin ook mijn minderjarige broer en zus mee. Via smokkelaars en allerlei omwegen kwamen we in Duitsland terecht, waar we een tijdje bleven. Vanuit Duitsland ging het naar België.

Mijn plan was om voor een korte periode hier te blijven, tot alles weer rustig zou zijn in Kosovo, om dan terug te keren naar mijn thuisland. Naar de stad waar ik geboren ben. Ik wilde mijn kinderen tonen waar hun geschiedenis lag. Maar het bleef erg onveilig in Kosovo, letterlijk levensgevaarlijk.

Ik besefte al heel snel dat het belangrijk was om mij te integreren en Nederlands te leren, en legde mij daar ook op toe. Voor mij een logische stap, en het zorgde er ook voor dat ik aan de slag kon als tolk bij de Dienst Vreemdelingenzaken. Na een drietal jaar werd ik geregulariseerd. Later kwam ook mijn familie over.’

Kapot van verdriet

Imer kwam in Sint-Niklaas terecht. Waar hij initieel nog droomde om terug te keren naar zijn geboortegrond, is de Wase stad nu een thuis voor hem, waar hij eigenlijk niet meer weg wil. ‘Ik kan niet zonder Sint-Niklaas’, zegt Imer stellig. ‘Op mijn eerste twee na zijn al mijn kinderen hier geboren. Ze zijn hier opgegroeid en gaan hier naar school. Voor hen is dit hun thuisstad. Ik ben ondertussen nog terug geweest naar Kosovo, maar ook daar is veel veranderd. De dingen die ik kende uit mijn jeugd zien er vandaag helemaal anders uit. Er is haast niemand die mij nog herkent daar, een enkele uitzondering daargelaten.’

Mijn kleinkinderen hebben nooit iets anders gekend dan vrede en ik hoop met heel mijn hart dat ze ook nooit iets anders zullen kennen.

Ondertussen is Imer dus 46. Naar aloude Roma-traditie kreeg hij flink wat kinderen, tien om precies te zijn. ‘Het hadden er eigenlijk elf moeten zijn’, zegt Imer. ‘Ik was zestien toen mijn oudste zoon geboren werd. In onze gemeenschap is dat gebruikelijk. Al wijken de jongere generaties daar nu wel van af. Zij “kopen” later kinderen én minder. (glimlacht) Jawel, ook de Roma-cultuur verandert en evolueert.”

Het hadden er eigenlijk elf moeten zijn… We blijven hangen op die woorden en vragen Imer hoe we dit moeten begrijpen. ‘Mijn tweede dochter is gestorven terwijl we op de vlucht waren.

Ze was zes maanden oud. Het was de eerste keer dat ik een dode mens zag en het was ineens mijn eigen dochter. Ik was kapot van verdriet. Het is de eerste keer dat ik hierover spreek. Een stuk van mij stierf ook op die dag. Ze was zo’n mooi meisje, met rood haar… Ze huilde altijd maar en plots kreeg ze hoge koorts. We hadden geen geld voor een dokter en deden wat we konden. Toen we de volgende ochtend wakker werden, was ze dood. We hebben nog geprobeerd haar te reanimeren, maar het was te laat. Benita was weg.’

Vierentwintig kleinkinderen

Imers kinderen mogen er dan wat later aan begonnen zijn én bewust gekozen hebben voor minder kinderen, vandaag mag ‘de president’ – zo wordt hij genoemd in zijn gemeenschap – zich de fiere grootvader noemen van maar liefst vierentwintig kleinkinderen.

‘Mijn oudste kleinzoon is bijna veertien’, lacht Imer trots. ‘Of ik mijn kleinkinderen probeer te vertellen over Kosovo en wat daar gebeurd is? Ik wil ze daar niet mee storen of lastigvallen, maar het is sterker dan mezelf. Dan probeer ik op een wat luchtigere manier dat gesprek aan te gaan. Zo krijgen ze toch de verhalen mee die ik wil vertellen. Ik vind dat belangrijk. Zij hebben nooit iets anders gekend dan vrede en ik hoop met heel mijn hart dat ze ook nooit iets anders zullen kennen. Door hen te vertellen over Kosovo hoop ik dat ze dat extra naar waarde schatten.’

LEES OOK > Fatima Noori (14) kwam als vluchteling naar België: ‘Ik droom van een samenleving waar iedereen zichzelf mag zijn’

Foto’s: Kristof Ghyselinck

Dit artikel verscheen eerst in het Magazine voor GROOTouders (nr. 21, 2024). Ook ontvangen? Schrijf je dan in voor het magazine en de bijbehorende nieuwsbrief. Volg de Gezinsbond ook op Facebook, Twitter en Instagram om op de hoogte te blijven van nieuwtjes en activiteiten. Lid worden van de Gezinsbond kan hier.

Gepubliceerd op: 04/07/2024